fbpx
Image
Image

De belangrijkste wijzigingen uit het regeerakkoord voor ondernemers en werkgevers

Hieronder hebben wij voor u op een rij gezet welke wijzigingen er in de komende regeerperiode op de agenda staan. Zodra er meer over bekend is zullen wij u daar ook over informeren.Voor zelfstandigen:

  • Geen verplichte AOV
    Zelfstandigen worden niet verplicht zich te verzekeren voor arbeidsongeschiktheid. Het kabinet gaat wel in gesprek met verzekeraars over een toegankelijker en beter aanbod van verzekeringen voor deze groep.
    Minimumtarief voor ZZP’ers
  • Er komt een minimumtarief voor zzp’ers, vermoedelijk tussen de 15 en 18 euro. Werkt een zzp’er tegen een lager tarief dan is er volgens de nieuwe regels sprake van een arbeidsovereenkomst en wordt hij als werknemer gezien.
  • Vervanging wet DBA
    Er wordt een opdrachtgeversverklaring ingevoerd voor zzp’ers. Deze geeft opdrachtgevers vooraf duidelijkheid en zekerheid bij de inhuur van zelfstandig ondernemers. Voor zelfstandig ondernemers met een uurtarief van meer dan € 75,- en een overeenkomst korter dan een jaar komt een opt-out voor de loonbelasting en werknemersverzekeringen.

    Tip: op Wijzeringeldzaken.nl kunnen uw relaties die als zzp’er werken bekijken wat het regeerakkoord verder voor hen betekent.

Boeren nog niet happig op broodfonds in plaats van aov verzekering

broodfonds Samen als ondernemers ingedekt zijn tegen arbeidsongeschiktheid zonder dat er een verzekeraar aan te pas komt: dat kan met een broodfonds. In die vorm kunnen kleine boerencoöperaties namelijk weer springlevend worden. Ze moeten alleen nog opgericht worden.

Mini-coöperaties waarin ondernemers samen hun arbeidsongeschiktheidsvoorziening voor de eerste 2 jaar regelen. Ze heten broodfondsen; 11 jaar geleden werd de eerste opgericht als alternatief voor (te) dure en onvoldoende transparante verzekeraars. Sindsdien is het hard gegaan.

Er zijn – verspreid over heel Nederland – al 300 broodfondsen met ruim 13.000 deelnemers. Boeren zitten daar nog nauwelijks tussen. “Dat is vooral onbekendheid”, denkt medeoprichter en econoom Biba Schoenmaker van BroodfondsMakers, de organisatie achter het Broodfonds. “Er doen nu nog vooral biologische schapenhouders, kleinere vleesveehouders, zorgboerderijboeren en loonwerkers mee.”

‘Zo’n broodfonds is gebaseerd op vertrouwen en telt minimaal 20 en maximaal 50 deelnemers’
Kortgezegd is de arbeidsongeschiktheidsvoorziening van een zelfstandige ondernemer in een broodfonds hetzelfde als de ziektewetverzekering voor iemand die in loondienst is. Deelnemers zijn voor een periode van maximaal 2 jaar per ziektesituatie gedekt als ze voor langere tijd uit de roulatie zijn. Alleen keert hier niet de verzekeraar uit, maar zijn het mede-ondernemers in het eigen broodfonds.
“Zo’n broodfonds is gebaseerd op vertrouwen en telt minimaal 20 en maximaal 50 deelnemers”, vertelt Schoenmaker. “Die grenzen zijn gesteld voor enerzijds een stevige basis en anderzijds een groep die overzichtelijk blijft en waarin mensen elkaar kennen en kunnen aanspreken. Het is echt een collectief.”

Broodfondsrekening
Maar hoe werkt een broodfonds precies? Een deelnemer betaalt eenmalig € 250 aan instapkosten en is daarnaast elke maand € 10 aan contributiekosten kwijt. Vervolgens legt een deelnemer maandelijks geld in op een eigen broodfondsrekening. Dat kan op 8 niveaus, wat maar het beste past bij het eigen inkomen. Het laagste niveau is € 33,25 per maand, het hoogste niveau is € 112,50. Als iemand dan ziek wordt, krijgt diegene van alle andere broodfondsleden samen een schenking. Dit zijn vaste bedragen. Bij € 33,25 is de totale schenking € 750 (netto) per maand, bij € 112,50 is dit € 2.500. Met uitzondering van de éérste ziektemaand (eigen risico). Schoenmaker: “Zo’n schenking wordt dan van alle broodfondsrekeningen van de deelnemers afgehaald. Maar alleen als iemand ziek is. Als niemand ziek is, blijft het geld gewoon op de eigen rekening staan en blijft het eigendom van de deelnemer.”

Praktisch vertaald zou dit betekenen dat een langdurig zieke boer bij een inleg van € 112,50 elke maand dat hij uitgeschakeld is, netto voor € 2.500 aan vervangers kan inhuren.
Praktisch vertaald naar het boerenbedrijf zou dit betekenen dat een langdurig zieke boer bij een inleg van € 112,50 elke maand dat hij in de lappenmand zit netto voor € 2.500 aan vervangers kan inhuren. Zonder dat er een verzekeraar aan te pas komt. “Het broodfonds is daarmee bovenal een oplossing voor inkomstenverlies”, zegt Schoenmaker. “Het dekt geen eventuele medische kosten. De schenking kan een boer naar eigen keuze besteden.”

Compensatie voor alle zelfstandige moeders

Vrouwen die tussen 7 mei 2005 en 4 juni 2008 een kind kregen terwijl ze zelfstandig ondernemer waren, hebben recht op ongeveer 5600 euro compensatie. Zij vielen net buiten twee zwangerschapsregelingen en liepen daardoor duizenden euro's mis.

Tot 2005 hadden zelfstandig ondernemers die een kind verwachtten recht op een uitkering, vergelijkbaar met zwangerschapsverlof voor vrouwen in loondienst. Vanaf 2008 trad er een nieuwe regeling in werking, maar in de tussentijd waren vrouwen de pineut.

Na verschillende rechtszaken, met verschillende uitspraken, heeft het ministerie van Sociale Zaken besloten om toch alle vrouwen uit deze periode een compensatieregeling aan te bieden.

Dat moeten de vrouwen wel zelf aanvragen bij het UWV. De 5600 euro is het gemiddelde van de uitkering die bevallen zelfstandigen in 2017 kregen, schrijft het ministerie. Onder de 20.000 vrouwen die in aanmerking komen voor de regeling vallen ook zogenoemde meewerkende echtgenotes, die werken in de zaak van hun partner.

Als alle vrouwen die in aanmerking komen ook daadwerkelijk hun compensatie claimen, kost dat de staat ongeveer 112 miljoen euro

Deze website is  SSL beveiligd 

©2025 Dreamview | Designed, Developed & Hosted by DreamView ICT & Internet Services

GOEDE KEUZE:✅

Start hier met Slimme Combinatie van AOV & Broodfonds
Close and go back to page