ORV uitspraak Kifid en traditionele bangmakerij die er weer vanuit gaat zwaar overtrokken (wat is nieuw?)
Het Kifid had er goed aan gedaan om de geruchtmakende orv-zaak wat beter toe te lichten, vindt Coen Fledderus van Polis Advocaten. Ondanks de beperkte motivatie moeten er volgens de advocaat geen al te grote consequenties verbonden worden aan de uitspraak. “Van een redelijk handelend en bekwaam adviseur hoeft naar mijn mening niet verwacht te worden dat hij voortdurend in de gaten houdt of er een geringe premiebesparing behaald kan worden.”
In hoeverre valt de ORV-uitspraak te veralgemeniseren voor andere zaken?
“In beginsel is een rechter, waaronder ik gemakshalve ook de leden van de Geschillencommissie schaar, niet gebonden aan uitspraken van andere rechters. Dit beginsel strekt zich zelfs uit tot zogeheten ‘hogere rechtspraak’. Een rechter kan (en moet!) dus geheel onafhankelijk en onpartijdig zijn oordeel geven in een geschil dat aan hem wordt voorgelegd. Uiteraard is het zo dat in de praktijk aan ‘hogere rechtspraak’, met name de uitspraken (arresten) van de Hoge Raad, veel waarde wordt gehecht. De Hoge Raad heeft immers de taak om de rechtseenheid en de rechtsontwikkeling te bewaken. Bijvoorbeeld door richting te geven, een normenkader te scheppen, et cetera. Dit gezegd hebbende, ligt het mijns inziens niet voor de hand om de uitspraak van de Geschillencommissie al te snel te veralgemeniseren. Een eventuele nieuwe zaak die aan de Geschillencommissie (of de rechtbank) wordt voorgelegd, dient op zijn eigen merites beoordeeld te worden. De uitkomst van een dergelijke zaak is mede afhankelijk van alle feiten en omstandigheden in dat dossier.”
Het ligt niet voor de hand om de uitspraak van de Geschillencommissie al te snel te veralgemeniseren.
De adviseur maakte geen afspraken met de klant over nazorg. Kun je dan uit de uitspraak afleiden dat het in de gaten houden en doorgeven van premiedalingen onderdeel is van de wettelijke nazorg?