fbpx
Image
Image

Vechtjas Bol geeft nog lang niet op: in beroep tegen Kifid-uitspraak

Meer dan € 25.000
Hoewel het om een bindende uitspraak gaat, kan en gaat Bol toch naar de Commissie van Beroep van Kifid. Zijn vordering op beide verzekeraars is ruim meer dan € 25.000, en voldoet daarmee aan de voorwaarde van het klachteninstituut om toch in beroep te gaan. Conform diezelfde reglementen zal de Commissie van Beroep de zaak opnieuw gaan behandelen.

Afzonderlijke zittingen
Bol ziet voldoende aanknopingspunten voor een voor hem gunstiger uitspraak in de herhaling. Volgens de gewezen televisieproducent heeft de geschillencommissie van twee afzonderlijke zittingen ten onrechte één vonnis gemaakt. “In de ochtend was het Vivat en ’s middags de Amersfoortse. In de laatste zaak was het Bol als particulier en in de eerste zaak was het Neelfloren Holding BV met mij als DGA. Daar hebben ze één vonnis van gemaakt. Of er in het KIFID-reglement staat iets over een dergelijke samenvoeging staat, weet ik nog niet. Wat wel duidelijk is dat de argumenten in zaak A ( Vivat) en B (Amersfoortse) deels overeenkwamen, maar deels ook niet. Tevens hebben ze door deze samenvoeging de specifieke verschillen zakelijk / particulier door mij benoemd proberen te versluieren. Anders had men moeten kiezen voor één gecombineerde zitting maar het waren twee afzonderlijke zittingen.”

KIFID uitspraak

De ondernemer dient ontvangen AOV-uitkeringen terugbetalen die hij ontving van ASR en Zwitserleven. Dit omdat hij zich niet heeft gehouden aan de meldingsplicht. Aldus een uitspraak (GC 2019-032)van de Geschillencommissie Kifid.

In het najaar van 2009 maakt de consument bij verzekeraars ASR en Zwitserleven melding van zijn arbeidsongeschiktheid. Consument heeft ook nog een arbeidsongeschiktheidsverzekering bij Generali. Voor toekenning van de AOV-uitkeringen gaan ASR en Zwitserleven uit van de medische informatie van Generali. Dit gebeurt met instemming van de consument. In het voorjaar van 2015 komen ASR en Zwitserleven de naam van de consument tegen in het Extern Verwijzingsregister. Deze registratie is gedaan door Generali. Zowel ASR als Zwitserleven doen bij Generali navraag over deze registratie. Uit de verkregen informatie maken zij op dat de consument in de periode 2010-2012 werkzaamheden heeft verricht en daarmee inkomen heeft verworven, zonder dat hij dit bij de beide verzekeraars heeft gemeld. Beide verzekeraars besluiten om de persoonsgegevens van de consument op te nemen in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister en beëindigen de AOV-uitkeringen. Ook vorderen zij de eerder betaalde uitkeringen terug van de consument.

De consument beklaagt zich tevergeefs bij beide verzekeraars en legt zijn klacht tegen zowel ASR als Zwitserleven vervolgens voor aan de Geschillencommissie van Kifid. De consument vindt dat de verzekeraars voor hun besluit om de AOV-uitkeringen te stoppen zelf onderzoek hadden moeten doen naar de mate van zijn arbeidsongeschiktheid. Zij hadden niet af mogen gaan op de (medische) informatie van Generali.

De Geschillencommissie constateert dat de consument bij het indienen van zijn AOV-claim beide verzekeraars heeft gemachtigd om voor de beoordeling van de claim gebruik te maken van de uitkomsten van het onderzoek door Generali. Volgens het Protocol Incidentenwaarschuwingssysteem Financiële Instellingen (PIF) mogen verzekeraars over een registratie in het Extern Verwijzingsregister navraag doen bij de verzekeraar die de registratie heeft gedaan. En als hun belangen in het geding zijn mogen verzekeraars de persoonsgegevens van een betrokken consument opnemen in het Incidentenregister en het Extern Verwijzingsregister. De Geschillencommissie vindt het redelijk dat ASR en Zwitserleven een nieuw en eigen onderzoek overbodig vonden. Zij mochten de informatie van Generali betrekken in hun eigen besluiten.

Ook hebben de verzekeraars kennis kunnen nemen van een tweetal vonnissen van de rechtbank. Daaruit blijkt dat de consument opzettelijk heeft nagelaten Generali te informeren over inkomsten uit arbeid, hoewel de verzekeringsvoorwaarden dat voorschrijven. De Geschillencommissie ziet niet hoe ASR en Zwitserleven iets anders hadden kunnen doen dan de AOV-uitkeringen beëindigen. Het e-mailbericht dat tijdens de hoorzitting is ingebracht door de consument werpt geen ander licht op de zaak. Het ontslaat de consument niet van de verplichting om gedurende het ontvangen van AOV-uitkeringen betrokken verzekeraars te informeren als er sprake is van arbeid en daarmee verworven inkomsten.

De Geschillencommissie concludeert dat beide verzekeraars niet tekort zijn geschoten in hun zorgplicht. De vordering van de consument wordt afgewezen.

Deze website is  SSL beveiligd 

©2024 Dreamview | Designed, Developed & Hosted by DreamView ICT & Internet Services

Hallo ondernemer! Vraag over AOV verzekering voor zelfstandig Professionals? Wilt u teruggbeld?

WhatsApp Chat & Terugbel Service
Close and go back to page