Blog AOV
- Arnoud Wennekus
AOV bruto-netto: hoeveel houd je écht over bij arbeidsongeschiktheid?
AOV bruto-netto: hoeveel houd je écht over van je arbeidsongeschiktheidsuitkering?
Veel zzp’ers denken: “Als ik €3.000 verzeker, krijg ik straks ook €3.000 uitgekeerd.” Dat klinkt logisch, maar klopt niet. Een AOV-uitkering is altijd bruto. Daar gaan nog belastingen en premies vanaf. Het bedrag dat je netto overhoudt, kan daardoor honderden euro’s lager liggen dan je verwacht.
In dit artikel lees je hoe dat werkt, de belangrijkste valkuilen en waar je zelf kunt rekenen.
Bruto versus netto bij een AOV
- Een AOV-uitkering wordt altijd bruto vastgesteld.
- De verzekeraar is inhoudingsplichtig en houdt loonheffingen (inkomstenbelasting en premies volksverzekeringen) in en draagt die af, net zoals een werkgever dat doet.
- Omdat je totale inkomen meestal daalt bij arbeidsongeschiktheid, val je vaak in een lagere belastingschijf. Je houdt procentueel iets meer over.
- Toch is je netto-inkomen bijna altijd 20% tot 35% lager dan het verzekerde bedrag.
Belangrijke valkuil: in de meeste AOV’s betaal je ook tijdens je eerste ziektejaar de premie door. Alleen bij enkele verzekeraars kun je dit tegen een extra premie meeverzekeren (premievrijstelling vanaf dag 1). Dit geldt óók als je een broodfonds of schenkkring hebt voor de eerste twee jaar.
Let op bij gedeeltelijke arbeidsongeschiktheid
Word je bijvoorbeeld 50% arbeidsongeschikt, dan keert je verzekeraar ook maar 50% van het verzekerde bedrag uit. Daar wordt eveneens loonheffing op ingehouden. Het netto-bedrag is dan nog lager dan veel ondernemers verwachten.
Ben je meer dan 80% arbeidsongeschikt, dan krijg je vrijwel altijd 100% van je verzekerde bedrag uitgekeerd (bruto, dus er gaat nog belasting af). Uitzondering: bij de aangekondigde Verplichte AOV is de vraag of je in de praktijk ooit een volledige uitkering zult krijgen, door strengere voorwaarden en volstrekt andere methodiek!
Kritische kanttekening bij fiscale keuzes
- Aftrekbare premie: je mag de premie fiscaal aftrekken, maar je betaalt later belasting over je eventuele uitkering.
- Niet-aftrekbare premie: je premie is netto duurder en je mist jaarlijks belastingvoordeel.
Gevolg: over de hele looptijd is de variant met niet-aftrekbare premie vaak ongunstiger voor zzp’ers, zeker omdat je meestal tientallen jaren premie betaalt en hopelijk maar kort of nooit een uitkering ontvangt.
Belangrijk voordeel van een belaste uitkering: in alle jaren dat je níet ziek bent (feitelijk het overgrote deel: vaak ~99% van je ondernemersleven) mag je de AOV-premie volledig aftrekken. Je verlaagt daarmee elk jaar je belastbare inkomen en profiteert direct van fiscaal voordeel.
Voorbeeldberekening (indicatie)
Stel: je verzekert €3.300 bruto per maand.
- Uitkering: €3.300 bruto
- Loonheffingen worden ingehouden → netto circa €2.400 per maand
- In het eerste jaar gaat daar vaak nog ± €200–€300 AOV-premie vanaf (tenzij je premievrijstelling vanaf dag 1 hebt meeverzekerd)
- Besteedbaar inkomen eerste jaar: circa €2.100–€2.200
Visuele tabel: bruto verzekerd vs. netto besteedbaar
Bruto verzekerd bedrag | Netto uitkering (indicatie) | Min AOV-premie eerste jaar | Netto besteedbaar (eerste jaar) |
---|---|---|---|
€2.500 | ± €1.750 – €1.950 | €150 – €200 | ± €1.600 – €1.750 |
€3.300 | ± €2.300 – €2.600 | €200 – €300 | ± €2.100 – €2.200 |
€4.000 | ± €2.800 – €3.100 | €250 – €350 | ± €2.550 – €2.800 |
Indicaties; afhankelijk van leeftijd, gezinssituatie, belastingtarief én van de premie die je op dat moment voor je AOV betaalt. Aan dit voorbeeld kunnen geen rechten worden ontleend.
Zelf bruto-netto inschatten (op eigen risico)
Wil je zelf een snelle indicatie maken? Gebruik dan de rekenhulpen van Belastingdienst, NIBUD of Berekenhet.nl. Let op: deze zijn niet speciaal voor AOV-uitkeringen gemaakt en houden geen rekening met alle persoonlijke factoren.
Veelgemaakte misverstanden
- “Ik verzeker €3.000, dus dat krijg ik ook.” → Nee, dat is bruto. Netto is altijd minder.
- “Mijn AOV-premie vervalt zodra ik ziek ben.” → Meestal betaal je in het eerste jaar de premie door. Bij sommige aanbieders kun je dit tegen extra premie meeverzekeren (premievrijstelling vanaf dag 1).
- “Een broodfonds voorkomt dit probleem.” → Niet waar. Een broodfonds keert maximaal 2 jaar uit; je AOV-premie loopt meestal wél door. Bovendien gaat ook je inleg en contributie vaak gewoon door tijdens ziekte. Je houdt dus netto minder over, omdat de maandelijkse inleg blijft doorlopen.
Verder lezen
- Alles over de AOV (overzicht)
- Medisch afgewezen bij Insify AOV? (kritische blog)
- Gedeeltelijk arbeidsongeschikt: zo wordt je AOV-uitkering berekend
- Verplichte AOV: kritische analyse
Tips om slim te verzekeren
- Reken niet alleen met je bruto verzekerde bedrag, maar ook met je netto besteedbaar inkomen inclusief premiedoorbetaling.
- Zet je vaste lasten op een rij en bepaal je minimale maandbedrag.
- Combineer slim met broodfonds of spaarbuffer, maar hou rekening met premiebetalingen.
- Laat je situatie persoonlijk doorrekenen zodat je niet te veel of te weinig verzekert.
Conclusie
Een AOV geeft zekerheid, maar alleen als je weet wat je écht overhoudt. Een bruto verzekerd bedrag van €3.300 kan netto zomaar rond €2.100 uitkomen in het eerste jaar. Dat verschil bepaalt of je je woonlasten en levensstijl kunt blijven dragen zonder stress. Meer weten of direct rekenen? Plan een gratis kennismakingsgesprek.